algemeen
nip
waop
       

NIEUWSBRIEF ARBEIDS- & ORGANISATIEPSYCHOLOGIE
Jaargang 7 - nr. 4 - september 2009


Strategisch meedenken

Peter Ambagtsheer
Wat is er leuker dan strategisch meedenken met de directie van je opdrachtgever? Weinig, als je op de aanbiedingen en berichten hierover kunt afgaan.


De ICT-afdeling wil strategisch meedenken. De HR-afdeling wil strategisch meedenken. De E&F-afdeling wil strategisch meedenken. De Security-specialisten willen strategisch meedenken en ook de schoonmaakdienst schuift graag aan.
 
De 'aanbieders' van deze strategische adviezen laten uitgebreid van zich horen. Toch zijn ze niet altijd welkom. Een industrieel vertelde laatst op een lezing dat hij een 'strategisch' rapport aan zijn voorganger om weinig renderende onderdelen van zijn bedrijf af te stoten, zou doornemen. Dat rapport heeft hij in de la gelegd en na een week verordonneerde hij dat de bezettingsgraad van de vrachtauto's omhoog moest door betere planning. Alle bedrijfsonderdelen draaien nu weer goed. De rekening van de adviseur is betaald, het advies niet overgenomen.

Makkelijk is het niet om strategisch te adviseren, zelfs niet voor gerenommeerde, grote bedrijfsadviseurs. En als je de adviezen naast de eigenlijke vraag legt, kunnen er scherpe oplossingen voorkomen, maar ook te algemeen geformuleerde antwoorden. Dan worden open deuren ingetrapt, zozeer dat er in feite nauwelijks nog sprake van advies is (‘blijf ademhalen’). Oorzaken kunnen in gevoeligheid van de oplossing liggen, of in onduidelijkheid over de opdracht en haar reikwijdte, maar natuurlijk ook in ontoereikend inzicht van de adviseur.

Ik vind het interessant om eens te redeneren vanuit de vraagzijde of vanuit de 'behoeftesteller' van het advies. Een kleine conferentie van het NIP over assessmentonderzoeken voor topmanagers leerde ons dat directies eigenlijk niet staan te trappelen om hun toekomstige teamleden te laten ‘assessen’. De 'meerwaarde', ook al wordt die door ons als psychologen/ assessoren (vanzelfsprekend) sterk aangeprezen, wordt niet zo beleefd. Wij psychologen snappen deze desinteresse slecht. Maar ons eigen onbegrip is ook niet helemaal terecht.

Dat de topmensen al die strategische adviezen niet zo heel graag op zich af zien komen, is gemakkelijk te verklaren. Allereerst hoort strategie tot de taken van de directie zelf. Je kunt dat niet uitbesteden, het is integraal onderdeel van het leiderschap.
Ten tweede is die behoefte om aan de directietafel aan te schuiven, gemakkelijk te herkennen als een verholen poging van de adviseur om macht naar zich zelf toe te trekken.
Ten derde, de machtsafstandtheorie stelt: meer-machtigen willen het verschil tussen zichzelf en minder-machtigen vergroten, minder-machtigen willen dat verschil juist verkleinen. Een 'aanbod' om mee te denken, wordt daardoor in eerste instantie niet als inhoudelijke bijdrage opgevat, maar meer als poging om zich wat beter aan het vuur te kunnen warmen. Hetgeen in de praktijk helaas al te vaak is bewezen. 

Omdat de discussie over de 'meerwaarde' van de psycholoog als trainer, assessor, adviseur of coach nog altijd niet uitgewoed is, vind ik het goed om hierbij stil te staan. Roep niet alleen dat je strategisch kunt denken, maar laat zien waar dat uit blijkt. Een belangrijke hobbel daarbij is om eerlijk in de spiegel te kijken en je af te vragen: Gaat het mij om de macht, gaat het mij om mijn cash flow of kan ik echt wat bijdragen? En zit mijn opdrachtgever daar op te wachten?

'Good advice depends upon the shrewdness of the person who seeks it.'

Voor wie meer wil lezen, is het boek Dangerous Company: The Consulting Powerhouses and the Businesses They Save and Ruin van James O'Shea & Charles Madigan (1998) een aanrader. Penguin USA, ISBN 0-14-027685-8.

 

Peter Ambagtsheer heeft een A&O-adviespraktijk Mentaspex te Apeldoorn.

Reageren? Mail naar A&O-items.